di. 29 sep 2020

Vanavond staat in de VS het eerste televisiedebat tussen Trump en Biden op het programma. Goed voor iets minder dan 100 miljoen kijkers. Op minder dan twee maanden van de verkiezingen in de VS neemt de nervositeit toe en verschuiven de financiële markten hun focus richting de race om het presidentschap. De jongste weken werd het plaatje echter minder duidelijk. Joe Biden lag lange tijd voor in de polls maar president Trump wist recent wat achterstand goed te maken.
Verhoogde nervositeit
Het is duidelijk dat de markten wakker liggen. De volatiliteit (de graadmeter voor nervositeit op de beurs) is over de verschillende activaklassen heen heel hoog rond de verkiezingsdag. Beduidend hoger in vergelijking met vorige stembusslagen. Dat is niet enkel zichtbaar op de aandelenmarkten, maar ook in overheidsrentes of kredietmarkten. Afgaand op de optiemarkten wordt er na de verkiezingen een dagbeweging van 4,3% verwacht. Ter vergelijking: in 2016 zagen we een beweging van 1,1% en historische gezien liggen die schommelingen na de verkiezingsdag gemiddeld op 1,4%. Kortom, de markten verwachten vuurwerk.
Vrees voor uitgestelde of betwiste resultaten
Er zijn een aantal redenen waarom de nervositeit hoger ligt. Ten eerste liggen de kandidaten in de peilingen vrij dicht bij elkaar. Maar ten tweede bestaat de vrees voor een uitgestelde of betwiste verkiezingsuitslag. Dat zou zorgen voor extra onzekerheid. Tenslotte moeten veel kiezers moeten via de post stemmen vanwege de coronamaatregelen en het duurt langer om die stemmen te verwerken. We spreken echter om een verschil in enkele dagen, dus dit vormt niet zo'n groot risico. Betwiste verkiezingen daarentegen wél. Zo was er in de race tussen Bush en Gore in 2000 geen finaal resultaat tot half december vanwege de procedureslag rond de hertelling in Florida. De onzekerheid die hiermee gepaard ging kostte de beurs toen circa 10%. De deadline voor het oplossen van een mogelijke betwisting ligt dit jaar op 8 december.
Impact van beleid
Met de nominatie van Biden is de vrees voor een te linkse, hervormingsgezinde kandidaat weggeëbd. Toch schenken de markten nog altijd het meest aandacht aan de democratische plannen rond belastingen en hervormingen in de gezondheidszorg.
- Belastingen: Biden wil een eerlijkere fiscaliteit, waarbij een deel van Trumps verlaging van de bedrijfsbelastingen zou worden teruggedraaid. Er zou ook een minimumbelasting komen voor bedrijven. Dat is natuurlijk significant, aangezien beurzen worden gedreven door winsten. Als die winsten door hogere belastingen lager uitvallen, dan betekent dit dat de beurzen bij een gelijkblijvend prijspeil duurder worden. Ook wat de inkomensbelasting betreft wil Biden een grotere bijdrage van de topverdieners via een hogere kapitaalwinstbelasting.
- Gezondheidszorg: Een beter uitgebouwd zorgsysteem is al langer een strijdpunt van de democraten en keert elke verkiezing terug. Concreet gaat het nu over de creatie van een publieke ziekteverzekering. Bovendien zouden de prijzen die grote farmabedrijven mogen vragen aan banden worden gelegd. Prijsverhogingen zouden niet hoger dan de heersende inflatie mogen zijn.
Overeenkomsten
De agenda’s van beide kandidaten verschillen op enkele vlakken, maar er zijn ook raakpunten. Zo willen ze beiden meer dan 1 biljoen dollar investeren in infrastructuur, willen ze privacy-issues rond sociale netwerken onder de loep nemen en er bestaat eensgezindheid over het aanpakken van de zeer dominante technologiespelers. Beide kandidaten willen ook de unfaire handelspraktijken van China (lees Chinese diefstal van intellectueel eigendom uit de VS) aanpakken. Er zal op dat vlak dus niet veel veranderen, maar er zal wel een stijlverschil zijn. Trump in zijn eigengereide stijl, terwijl Biden dit doel wil bereiken door aan hetzelfde zeel te trekken met enkele bondgenoten zoals de EU.
De uiteindelijke beleidsagenda zal gevolgen hebben voor de economie en de bedrijven in kwestie. Vandaar de grote belangstelling van de financiële markten voor de verkiezingsuitslag. Merk wel op dat verkiezingsretoriek meestal veel forser is dan het effectieve beleid. Bovendien hangt ook veel af van de prioritering van de beleidspunten. Een president kan namelijk nooit al zijn verkiezingsbeloftes nakomen.