di. 19 apr 2022

Business as usual op Paasmaandag in de VS, want Bank of America rapporteerde gisteren kwartaalcijfers. Tussen Witte Donderdag en Paasmaandag gunden trouwens niet minder dan acht grootste Amerikaanse (investerings)banken ons een blik op hun cijfers van het eerste kwartaal van 2022. Het sentiment rond bankaandelen richting resultatenseizoen was niet bepaald goed te noemen nadat recessievrees investeerders naar de zijlijn deed stappen ondanks de verwachte positieve effecten van de stijgende rente. Financieel-econoom Tom Simonts geeft een overzicht:
Resultaten van Bank of America
De winst van Bank of America (0,80 dollar per aandeel tegen 0,74 dollar verwacht) daalde met 7% ten opzichte van een jaar eerder, wat beter is dan zijn sectorgenoten. Net als bij de collega’s is die daling onder te wijten aan een grote vrijgave van voorzieningen voor COVID-19 in het eerste kwartaal van 2021 werd gesteund door en een hausse in investment banking.
De beter dan verwachte resultaten in het eerste kwartaal waren vooral te danken aan een nieuwe (kleinere) terugname van reserves, wat wijst op een aanhoudend vertrouwen in de vooruitzichten voor de kredietkwaliteit, terwijl de bank aangeeft geen directe materiële blootstelling aan Rusland te hebben. De inkomsten waren volledig in lijn met de verwachtingen en stegen met 1% ten opzichte van het vorige jaar en 5% ten opzichte van het vorige kwartaal.
De netto-intrestinkomsten stegen met 12% ten opzichte van vorig jaar, maar bleven iets onder de verwachtingen van de analisten als gevolg van een trager dan verwachte margeverhoging, terwijl de overige baten met 8% daalden (ten opzichte van het zeer sterke eerste kwartaal 2021), wat beter was dan verwacht omdat de aandelenhandel uitblonk. De operationele kosten waren uiteindelijk min of meer in lijn met de analistenverwachting en vorig jaar.
Bank of Amerika doet het beter dan concurrenten
De resultaten van Bank of America zien er aantoonbaar beter uit dan die van sommige van haar naaste concurrenten zoals JPMorgan, Citigroup en Wells Fargo, met onder meer een betere trend van de commissie-inkomsten, maar ook een veel kleinere daling van de CET1-kapitaalratio, die slechts 20 basispunten is gedaald tegenover 90 basispunten of meer voor elk van de drie hierboven genoemde banken. Dat betekent minder druk op dividenden en buybacks in de toekomst. Belangrijk is dat het management van Bank of America zeer optimistisch klonk over de groei van de kredietverlening, de kredietkwaliteit en de kracht van de Amerikaanse consument.
Dit stond in contrast met de meer voorzichtige toon van JPMorgan's CEO Jamie Dimon vorige week. Als de groei van de kredietverlening en de forward rentecurve zich volgens verwachting ontwikkelen, verwacht het management dat de netto-intrestinkomsten in het tweede kwartaal met meer dan 650 miljoen dollar zullen toenemen en vervolgens in elk van de volgende twee kwartalen opnieuw aanzienlijk zullen groeien.
Hoewel deze (mogelijk conservatieve) verwachtingen nu al binnen de analistenverwachtingen vallen, denkt KBC Asset Management-analist Joris Dehaes dat de huidige waardering geen afspiegeling is van het geloof van beleggers dat dit inderdaad zal gebeuren. De vrees voor een recessie als gevolg van de hoge inflatie, een te havik-georiënteerde Fed en wereldwijde risico's overschaduwen de goede vooruitzichten die het management van Bank of America ziet.
Een scenario met een zachte landing van de Amerikaanse economie (die een mooie kredietgroei zou ondersteunen) in combinatie met een stijgende rente zou de Amerikaanse bankaandelen moeten helpen om goed te presteren. Gezien zijn hoge rentegevoeligheid, goede kredietprofiel en grote focus op de binnenlandse markt, denkt analist Joris Dehaes dat Bank of America een belangrijke begunstigde is om deze trends op te vangen. Bank of America geniet een “Kopen”-aanbeveling van KBC Asset Management met een koersdoel van 55 dollar.
JP Morgan
Voor de volledigheid komen we nog even terug op de resultaten die JP Morgan (“Kopen”’-aanbeveling, koersdoel van 184 dollar) vorige week presenteerde. Alles bij elkaar genomen was het kwartaal eigenlijk adequaat: de zwakkere CET1-ratio en de hogere voorzieningen die de groep rapporteerde, zijn volgens analist Joris Dehaes deels tijdelijke kwesties, terwijl de handel en de netto-intrestinkomsten de zwakkere kapitaalmarktactiviteiten ruimschoots hebben overtroffen.
Het ziet er echter naar uit dat de volatiliteit als gevolg van inflatie, hogere rentetarieven, kwantitatieve aanscherping, de oorlog tussen Rusland en Oekraïne, enz. voorlopig zal aanhouden, wat voor onzekerheid zorgt en mogelijk een impact zal hebben op de resultaten van een bank met grote wereldwijde activiteiten op het gebied van investment banking, corporate finance en consumer finance zoals JP Morgan.
Een positief bericht over de netto-intrestinkomsten (die onvermijdelijk zullen stijgen door de stijgende rente) op de beleggersdag in combinatie met een mogelijke zachte landing van de Amerikaanse economie zou echter een sterke katalysator kunnen zijn voor een aandeel dat de voorbije maanden ondermaats heeft gepresteerd, meent analist Joris Dehaes.
Het aandeel werd vooral getroffen door de hogere kostenramingen na de resultaten voor het vierde kwartaal, terwijl Amerikaanse banken in het algemeen werden getroffen door een sentimentsverandering als gevolg van een stijgend recessierisico, ondanks het betere renteklimaat.
KBC Asset Management over de Amerikaanse banken
Het sentiment rond bankaandelen richting resultatenseizoen was niet bepaald goed te noemen nadat recessievrees investeerders naar de zijlijn zag stappen ondanks de verwachte positieve effecten van de stijgende rente. De resultaten brachten uiteindelijk nog geen echte kentering in het sentiment hoewel de belangrijkste trends toch eerder een positief beeld schetsten. Een korte opsomming:
- De netto winst van alle banken viel weliswaar lager uit dan een jaar geleden doordat het eerste kwartaal van 2021 gekenmerkt werd door een forse terugname van COVID-19-gerelateerde provisies voor probleemleningen en door een ware bonanza in de investeringsbankdivisies aangezien de gekte rond SPAC’s destijds op zijn hoogtepunt was.
- Leningengroei bleef sterk gedurende het kwartaal wat erop wijst dat de Amerikaanse economie voorlopig goed blijft presteren. Daarnaast zorgt de stijgende rente ervoor dat de netto-interestmarge zijn klim heeft ingezet wat samen met de groeiende leningen en andere activa zorgt voor hogere netto interestinkomsten, de hoofdinkomstenbron van de meeste banken.
- Fee-inkomsten daalden in vergelijking met vorig jaar doordat de omzet uit asset en wealth management leed onder de moeilijke financiële markten terwijl omzet uit dienstverlening binnen de investeringsbankdivisie (M&A, IPO, obligatie-uitgiftes) zoals gezegd daalde. De daling viel echter beter mee dan verwacht doordat omzet uit het traden van obligaties en vooral aandelen profiteerde van de marktvolatiliteit.
- De kredietwaardigheid van klanten blijft enorm sterk aangezien de meeste banken nog steeds provisies terugnamen die voorheen geboekt werden. Voorlopig lijken zowel de Amerikaanse bedrijven als consumenten in goede financiële gezondheid. JPMorgan was echter een uitzondering doordat het blootstelling had aan Russische bedrijven en duidelijk voorzichtiger naar de toekomst keek dan de andere banken.
- De CET1 kapitaalratio's van de meeste banken daalden wel sterker dan verwacht. Dit in de eerste plaats door een sterke stijging van risico-gewogen activa (leningen bijvoorbeeld) maar ook door enkele regulatoire effecten en doordat de obligatieportefeuille van de banken in waarde daalt door de gestegen rente. Dit laatste is een tijdelijk (papieren) effect dat niet door de resultatenrekening gaat maar wel de kapitaalratio tijdelijk aantast. Dit betekent wel dat de inkoop van eigen aandelen in de komende kwartalen wat lager dan verwacht zal uitvallen voor de meeste banken.
- De vooruitzichten van de managementteams waren bemoedigend. Hoewel er uiteraard onzekerheid is rond inflatie en de wereldwijde economie, wezen de meeste banken op de huidige sterkte van de Amerikaanse bedrijven en consumenten. De gestegen renteverwachtingen zorgden er ook voor dat de vooruitzichten opwaarts herzien werden hoewel dit vaak nog niet met harde cijfers was.
Conclusie
De economische onzekerheid en onrust op de financiële markten heeft duidelijk een impact gehad op de resultaten van en vooral het sentiment rond Amerikaanse banken. De eerste kwartaal resultaten geven aan dat die directe impact op de cijfers al bij al nog meeviel en dat de vooruitzichten goed blijven zolang de Amerikaanse economie standhoudt.
