ma. 19 jun 2023
9:30

- Wall Street eindigde vrijdag 0,45% lager, waarbij de S&P 500 -0,37% liet liggen en de Nasdaq -0,7%. Winstnemingen in onder meer Microsoft, Amazon, Micron Technology en andere technologiereuzen eisten hun tol op de brede index, zodat acht van de elf S&P 500 sectorindices in het rood eindigden. Communication services (-1%) en IT-bedrijven (-0,8%) droegen de rode lantaarn, terwijl nutsbedrijven (+0,5%) de kar ietwat op de rails hielden. Enkele uren eerder sloot Europa af met 0,5%, waarmee het Zinkende Continent de gouden medaille naar zich toetrok.
- Veel nieuws om die winst te verklaren was er niet, anders dan een gedeelde vorm van optimisme. Dat werd aangewakkerd door de publicatie van de consumentenvertrouwensindex van de Universiteit van Michigan. Die berekende dat het optimisme steeg van 59,2 punten in mei naar 63,9 in juni 2023, het hoogste peil in vier maanden. Dat komt onder meer omdat de heisa rond het schuldenplafond tijdig opgelost geraakte, maar vooral omdat de inflatievooruitzichten weer dalen. Die daalden voor de tweede maand op rij naar 3,3%, komende van 4,2%. Wel bleven de langetermijnverwachtingen onveranderd op 3%.
- De rode draad doorheen de dag was een nieuwe waarschuwing van de Federal Reserve dat de hoop op (snelle en) agressieve renteverhogingen misplaatst is. Eerder op de week werd al gezegd dat de beleidsrente tegen het einde van 2023 nog 50 basispunten hoger gezet kan worden, waarna er mogelijk wél een échte pauze kan worden ingelast. Of een renteverlaging, wie weet! De 10-jaarsrente in de VS steeg in afwachting naar 3,77%, tegenover 4,72% op 2 jaar. In Duitsland noteren die tellers op 2,46% en 3,17%.
- Maar dat alles neemt niet weg dat de Amerikaanse indexen dicht bij het hoogste peil van de voorbije 14 maanden blijven hangen. Over de hele week steeg de S&P 500 met 2,6%, de Dow Jones voegde 1,2% toe en de Nasdaq steeg 3,2%. Die laatste boekte daardoor al een achtste weekwinst op rij, goed voor de langste winstreeks op weekbasis sinds maart 2019. Centraal in die hausse staan economische gegevens die wijzen op afkoelende inflatie, standhoudende bedrijfswinsten en een relatief weerbare economie. Dat maakt dat zorgen over verdere renteverhogingen werden overschaduwd.
- De markten in Azië en het Stille Oceaangebied daalden vannacht zo’n 1%, maar dat verhinderde niet dat Japan rond de topkoersen van de voorbije 33 jaar blijft aanschurken. De Nikkei 225 ging er de afgelopen 10 weken op weekbasis op vooruit en da’s behoorlijk straf te noemen. De technologiesector was ook in Azië de verliezer van dienst. De Hang Seng Tech-index ging er zelfs met 2,8% op achteruit, terwijl de Chinese beurzen afwachtend uitkijken naar het besluit van de Chinese centrale bank over de prime rate voor leningen. Dat cijfer krijgen we dinsdag, maar omdat een aantal van haar belangrijkste rentetarieven vorige week al werden verlaagd, verwachten we niet meteen veel verrassingen.
- De bedrijfsresultatenkalender is vandaag leeg en de Amerikaanse markten blijven gesloten omwille van de “Juneteenth holiday”. Behalve een speech van ECB-directeur Villeroy en een kleintje over de Amerikaanse huizenmarkt, geeft dat alle mogelijk tijd om te recupereren van Graspop (of van Mr. Bruce). We kijken deze week wel onder meer uit naar de voorzitter van de Federal Reserve, want Jerome Powell verschijnt woensdag en donderdag voor wetgevers en zal de markten er misschien opnieuw van proberen te overtuigen dat twee renteverhogingen van nog eens een kwart punt echt, echt, hartgrondig nodig én waarschijnlijk zijn.