vr. 2 mei 2025
9:30

- Het Amerikaanse arbeidsmarktrapport domineerde de vrijdagse handelsdag, op zo’n manier dat de Europese Stoxx 600 index 1,72% hoger afklokte, de S&P500 1,45% en de Nasdaq 1,51%. Of de beleggers tevreden waren, in combinatie met enkele positieve kwartaalrapporten? Nogal. Het sterke banenrapport ontkrachtte de zorgen over een recessie later dit jaar verzachtte, want in april werden er 177.000 nieuwe banen gecreëerd, terwijl de lonen slechts licht stegen (en dan nog in lijn der verwachtingen).
- Boven op dat goede nieuws werd ook het nieuws dat China wil gaan praten met de VS over mogelijke handelsovereenkomsten op applaus onthaald. De goudprijzen bogen eerdere stijgingen om en stevenden af op een wekelijkse daling, met een koers rond 3.259 dollar per ounce.
- Maar van dat alles trok de olieprijs zich niets van aan. Integendeel, zelfs, want het zootje daalde fors in waarde omdat de OPEC+ besliste om de productie te verhogen. De prijs voor een vat Brent-olie noteert vannacht 3% goedkoper tot 59,21 dollar. Goed voor de inflatie, nietwaar?
- De beurswinsten waren breed gedragen onder de meeste sectoren van de aandelenmarkten. Op sectorniveau bleven enkel de Europese nutsbedrijven onder nul, terwijl industrials, technologie, financials en consumentengoederen sterk de week uitgingen.
- In Azië zien we dat effect minder duidelijk doorkomen, met rode cijfers in de energie-, grondstoffen- en industriesectoren, terwijl ook de banken en de nutsbedrijven worstelen met verkoopdruk. Eenzelfde divergent beeld krijgen we op indexniveau, met 0,5% winst voor India, maar 0,7% verlies voor Taiwan. Japan (0,45%) en Zuid-Korea (+0,12%) deden het wel goed, gestimuleerd door de sterke leveringscijfers van EV’s in april. De Chinese markten blijven nog tot morgen gesloten voor de “Golden Week”-vakantie.
- De Amerikaanse economie voegde in april 2025 177.000 banen toe, een vertraging ten opzichte van de neerwaarts bijgestelde 185.000 in maart, maar aanzienlijk meer dan de marktverwachtingen van 130.000 banen. Dit cijfer sluit nauw aan bij de gemiddelde maandelijkse toename van 152.000 in de afgelopen 12 maanden, ondanks de groeiende onzekerheid rond het agressieve tariefbeleid van president Donald Trump. De banengroei was vooral te zien in sectoren als de gezondheidszorg (+51.000), vervoer en opslag (+29.000), financiële activiteiten (+14.000) en sociale bijstand (+8.000), terwijl de werkgelegenheid bij de federale overheid daalde (-9.000).
- En wat nu? De importtarieven op China en belangrijke industrieën, van staal tot auto's, hebben het bedrijfsleven ongerust gemaakt en bedrijven ertoe aangezet om hun hele bedrijfsstrategie te heroverwegen. Veel van die tarieven werden ondertussen (tijdelijk?) opgeschort, maar ze zetten niettemin stevig wat druk op de bedrijfskosten. Verwacht wordt dus dat het aantal ontslagen de komende kwartalen zal toenemen en dat aanwervingen uitgesteld zullen worden. Oppassen, dus, voor extrapolatie, want de banencijfers zouden vanaf hier wel eens kunnen beginnen verslechteren.
- De Europese consumentenprijsinflatie stabiliseerde in april op 2,2%, een zucht boven de verhoopte 2,1% en het ECB-doel van 2,0%. Een sterkere daling van de energieprijzen (-3,5%) werd gecompenseerd door een inflatiespurt in de dienstensector (3,9% vs. 3,5%) en voedings- en genotmiddelen (3,0% vs. 2,9%). De kerninflatie, exclusief voedsel en energie, steeg naar 2,7%, ei zo na het laagste peil in drie jaar, maar wel boven de prognose van 2,5%.
- Het arbeidsmarktrapport zorgde dan wel voor optimisme, maar ook voor een hogere kans op aantrekkende inflatie. Daarom steeg de Amerikaanse 10-jaarsrente met 7,7 basispunten naar 4,308%, terwijl de 30-jaars rente met 5,2 basispunten aantrok tot 4,79%. Maar de 2-jaars obligaties werden pas écht in de uitverkoop gezet, want hogere renteverwachtingen duwden de teller vlot 12,5 basispunten hoger tot 3,826%. Ondanks de rentesteun daalde de dollar andermaal. De dollarindex werd 0,14% lichten naar 100 punten, terwijl de euro 0,12% steeg ( (€1 = $1,1304). Ten opzichte van de Japanse yen verzwakte de dollar met 0,3%
- Enkel de Amerikaanse ISM Services index dient zich op de economische kalender aan, en een plaatsing van Amerikaanse obligatie die wel ede moeite waard kan zijn om op te volgen. Magertjes, ja, maar daar malen we niet om.
- Qua bedrijfsresultaten is het credo “Kalm starten, maar wacht tot morgen!”. Naast het herkauwen van de kwartaalcijfers van Berkshire Hathaway kijken we daarom uit naar onder meer Clorox, Coterra Energy, Cummins, Diamondback Energy, Ford, Henry Schein, Loews, On Semiconductor, Palantir, Realty Income, Tyson Foods, Vertex Pharma, Willams Cos en de Nederlandse DGB Group.