do. 25 nov 2021

De S&P500 sloot op 8 november af op 4701,7 punten, goed voor een achtste, opeenvolgend record en de langste onafgebroken reeks van “records” sinds 1997. De laatste keer dat er negen opeenvolgende keren een recordkoers kon worden opgetekend was in 1964, en dat record staat tot op vandaag nog altijd op de tabellen. De S&P 500 daalde op 9 november immers tot 4686,25 punten, alvorens in een zijwaarts patroon terecht te komen dat op 18 november een nieuw record van 4704,54 liet optekenen. Tijd voor enkele statistieken.
Log vs. nominaal, toppen doen ze allemaal
We geven u voor de duidelijkheid het volledige historische parcours van de S&P500. De grafiek aan de linkerkant gebruikt daarvoor de nominale koersen, zeg maar de officiële slotkoersen. Dat levert een parabolisch effect op waar zelfs een straaljagerpiloot duizelig van zou worden. Ook wordt het als doorwinterde en doordeweekse beleggers ogenschijnlijk erg moeilijk om de beurs niet als “geweldig overgewaardeerd” te gaan bestempelen. Daarom geeft de logaritmische schaal een veel beter én correcter beeld: die grafiek herleidt de koersevolutie immers naar procentuele bewegingen. Ook daarop is duidelijk een toename van de index te zien, maar die verloopt heel wat meer volgens een stabiel trendpatroon, dat vooral in het eerste decennium van 2021 door de dotcomcrisis en de financiële crisis verstoord werd.

Technologie werd koning
De reden achter de sterke hausse van de index is natuurlijk omdat de S&P500, anders dan vroeger, voor een groot deel uit technologiebedrijven staat. Meer concreet is dat gewicht ondertussen opgelopen tot 27%, bestaande uit Microsoft, Apple, Amazon, Alphabet, Google, Nvidia, Tesla en MetaPlatforms. Die acht bedrijven maken trouwens 51% van de Nasdaq100-index uit, zoals de tabel hieronder weergeeft. Dat verklaart waarom die index het de voorbije jaren nog een pak beter heeft gedaan dan de S&P500.
De concentratie van Big Tech laat zich dus niet enkel voelen op maatschappelijk vlak. Voor wie zoekt naar industriële bedrijven in de S&P500, moet zoeken naar Nvidia en Berkshire Hathaway. En die laatste profiteerde de voorbije jaren fors van de koersstijging van Apple, dat ondertussen niet minder dan 50% van diens portfolio uitmaakt. Of hoe oude knarren zich graag laten omringen door jonge veulens.
