wo. 27 aug 2025

Gisteren had KBC Securities het al over de Franse banken naar aanleiding van het nieuws dat drie grote oppositiepartijen – Rassemblement National, La France Insoumise en de Franse Communistische Partij – aangekondigden geen steun te verlenen aan de vertrouwensstemming die premier François Bayrou op 8 september heeft gepland. Die stemming is cruciaal voor het voortbestaan van zijn minderheidsregering, die inzet op ingrijpende begrotingsmaatregelen om het oplopende overheidstekort aan te pakken. Indien Bayrou onvoldoende steun krijgt, dreigt een val van de regering, met mogelijk vervroegde verkiezingen tot gevolg.
Vandaag kijken de analisten naar de Franse industriële bedrijven en de consumentenbedriijven.
Franse industriële aandelen
Vinci – Aanbeveling gaat naar "Houden"
Ongeveer 43% van de aandelenwaarde is verbonden aan Frankrijk, waardoor Vinci het meest blootgesteld is aan binnenlandse politieke en fiscale risico’s. Door het grote begrotingstekort en het verleden waarin concessiehouders* als makkelijke inkomstenbron werden gezien, is de kans op nieuwe belastingen of strengere regelgeving voor snelwegen en luchthavens toegenomen. Bovendien zijn concessies langlopende kasstromen die zich gedragen als obligatieproxies: een verdere verbreding van de OAT–Bund-spread** of stijgende reële rente in euro’s zou de waardering drukken via een hogere disconteringsvoet en verminderde relatieve aantrekkelijkheid. Operationeel zijn de verkeersstromen en bouwopdrachten stabiel, maar het risico-rendement is op korte termijn minder gunstig: externe tegenwind (beleid en rente) kan de stabiele prestaties overschaduwen. Wat ons zou doen terugkeren naar een "Kopen"-aanbeveling: bewijs dat concessiebelastingen van tafel zijn (of verwaarloosbaar), en/of een duidelijke daling van de OAT-Bund-spread met lagere reële rente die de obligatieproxies herwaardeert.
*Een concessiehouder is een bedrijf of organisatie die van de overheid het recht krijgt om een bepaalde publieke dienst of infrastructuur te exploiteren, vaak voor een langere periode. Dit gebeurt via een concessieovereenkomst, waarbij de overheid het gebruiksrecht overdraagt, meestal in ruil voor investeringen, onderhoud en/of een vergoeding. Voorbeelden van concessiehouders: Een bedrijf dat tolwegen beheert en onderhoudt of een luchthavenexploitant die terminals en landingsbanen beheert.
**De OAT–Bund spread is het renteverschil tussen Franse en Duitse staatsobligaties met een vergelijkbare looptijd, meestal tien jaar. OAT staat voor Obligations Assimilables du Trésor, wat Franse staatsobligaties zijn. Bunds zijn Duitse staatsobligaties. Deze spread wordt vaak gebruikt als een indicator van het politieke en economische risico in Frankrijk ten opzichte van Duitsland. Een stijgende OAT–Bund spread betekent dat beleggers meer risico toekennen aan Franse obligaties, bijvoorbeeld door politieke onzekerheid of begrotingsproblemen. Dit kan gevolgen hebben voor bedrijven met langlopende kasstromen zoals concessies, omdat hun waardering vaak vergeleken wordt met obligaties. Een hogere spread verhoogt de disconteringsvoet en maakt hun toekomstige inkomsten minder aantrekkelijk, wat de aandelenkoers kan drukken.
Saint-Gobain – "Kopen"-aanbeveling gehandhaafd
Slechts ongeveer 22% van de omzet komt uit Frankrijk, wat de impact van binnenlandse macro- en politieke factoren aanzienlijk beperkt. De kern van het beleggingsverhaal blijft gericht op interne verbeteringen en structureel sterkere winstcapaciteit: betere productmix, prijsdiscipline, portefeuillevernieuwing en blootstelling aan middellange termijnvraag naar renovatie en energie-efficiëntie. Er zijn ook potentiële opwaartse katalysatoren bij de Capital Markets Day (CMD) in oktober (duidelijkheid over margedoelstellingen doorheen de cyclus, kapitaalallocatie en eventuele extra portefeuilleacties). Bij een verbreding van spreads zal Saint-Gobain niet immuun zijn voor waarderingsdruk binnen Europese cyclische aandelen, maar in vergelijking met obligatieproxies heeft het minder looptijdrisico en meer hefbomen om de EBITA te verdedigen. Belangrijke aandachtspunten richting CMD: duidelijkheid over margedoelstellingen op middellange termijn, extra interne verbeteringen en het beleid rond kapitaalteruggave.
Alstom – "Kopen"-aanbeveling gehandhaafd
Ongeveer 15% van de omzet komt uit Frankrijk en het bedrijfsmodel blijft projectgebaseerd. Door fiscale verliezen die kunnen worden doorgeschoven, is de effectieve belastingdruk op korte termijn laag, waardoor de impact van eventuele Franse heffingen beperkt lijkt. De discussie rond het aandeel draait vooral om uitvoering: leveringsritme, kasstroomconversie en risicobeheer binnen projecten. Daardoor blijft het aandeel gevoelig voor nieuws en waarschijnlijk binnen een koersbandbreedte tot beleggers vertrouwen krijgen in consistente uitvoering. Daartegenover staat een sterke meerjarige orderportefeuille en toenemende focus op diensten en signalering, waar de rendementen structureel beter zijn. Wat de koersbandbreedte doorbreekt: herhaalbare kwartalen met tijdige leveringen en zuivere kasstromen, plus bewijs dat risicodeling en commerciële discipline effectief zijn bij nieuwe opdrachten.
Dassault Aviation – "Kopen"-aanbeveling gehandhaafd
Ongeveer 32% van de omzet komt uit Frankrijk, maar de defensiecyclus en de kwaliteit van de balans zijn de belangrijkste drijfveren. De exportpipeline en orderportefeuille voor Rafale zorgen voor productievisibiliteit op meerdere jaren, terwijl geopolitieke spanningen de vraag ondersteunen. De civiele tak (Falcon) is cyclisch en vormt de belangrijkste variabele, maar weegt niet op tegen de defensieactiviteiten. Netto kaspositie en gedisciplineerde kapitaalallocatie bieden veerkracht bij oplopende spreads of toenemende binnenlandse ruis. Kortom, de onderliggende winststabiliteit en de optiewaarde op extra defensieorders compenseren ruimschoots de Frankrijk-specifieke risico’s. Wat te volgen: timing van exportcampagnes, uitvoering van productierampen en tekenen van zwakte in de civiele tak binnen de vooruitzichten.
Franse consumentenaandelen
Voor LVMH , Kering, Pernod Ricard en L'Oréal ligt de Franse blootstelling tussen de 5 en 10%, wat relatief beperkt is. Consumentenaandelen vertonen weinig directe correlatie met stijgende rentevoeten. Toch kunnen sentimentverschuivingen bij consumenten en mogelijke belastingverhogingen een impact hebben. Tot nu toe blijven deze factoren echter onzeker en zijn ze moeilijk te kwantificeren.